Hélène Swarth leefde van 1859 tot 1941. Kloos noemde haar ‘het zingende hart van Holland’. Een stuk beter dan het huidige Hart van Holland, getuige dit fruitige en sensuele sonnet:
Kersen
Knaap, breng mij kersen op een zilvren schaal, Strooi blanke rozen over 't frisrood fruit, Drijf 't licht der zon met purpren voorhang uit En buig de schenkkan naar de wijnbokaal.
Nu aan uw lippen zet de slanke fluit, O blondgelokte, en speel voor nachtegaal, Met zuiver juichen vul de marmren zaal Of zachte klacht, een regen van geluid.
Die rode wijn vloeit warm als zonnevuur. Neem, zoete knaap, een bekervol tot loon, En laat mij spelen met uw lokkenblond.
Terwijl 'k in 't Land der dromen dwaal en tuur Naar 't rood der kersen, glanzend rijp en schoon, Vol stil verlangen naar een rode mond.
Hélène Swarth
|